30 worden ze, die van Suikerrock in Tienen, volgend weekend. Niet evident om die kaap te overschrijden in moeilijke tijden. De malaise in de cultuursector is al een hele tijd aan de gang en ook in Tienen kregen ze klappen, een drietal jaar geleden. Klappen waarvan ze wel snel herstelden. Een nieuwe, frisse restyling en doorgedreven Tiense knowhow zorgden vorig jaar al voor een hertsteloperatie. Buigen Tienenaren niet zo makkelijk, of is het toch die Suiker? We vroegen het aan Walter Kestens, organisator van Suikerrock.
“Het begon dus dertig jaar geleden, ja”, lacht Walter als we bij hem plaatsnemen aan een koel tafeltje in het Suikerrock secretariaat, een dik weekje voor het festival begint. De opbouw is net begonnen, de eerste tonnen staal en hob-units liggen en staan al op die Tiense markt die dertig jaar geleden, net zoals de stad, een beetje grijs was.
“De toenmalige jeugdraad vond dat die grijsheid moest veranderen”, gaat hij verder. “In die tijd ontstond onder iedere kerktoren wel ergens een festival, en bij ons in Tienen was dat niet anders. Deze regio had ook echt nood aan zo’n verhaal. Ik herinner me de toenmalige headliner De Kreuners, die toen al voor een volle markt speelden. Al was het toen nog niet de volledige markt, maar toch al een flink groot afgesloten stuk. Dus meteen een schot in de roos. Het tweede jaar gingen we dan direct al over naar twee dagen en werd onze werkwijze in de daaropvolgende jaren ook professioneler. We stelden toen al vast dat, als we hier in Tienen wilden overleven, we met de top moesten meedraaien. Anders zou het festival vrij snel terug verdwijnen. Ik ben ervan overtuigd dat we het zonder die inslag geen dertig jaar zouden volgehouden hebben. Al was het maar om de middelen.”
“De prioriteit van de overheid is niet om festivals te subsidiëren of zelfs maar in stand te houden” (Walter Kestens)
“Kijk, een overheid moet geen festivals in stand houden. Een overheid moet haar centen gebruiken waarvoor ze die nodig heeft. Dus bekeken wij dat anders. We hebben altijd ervoor gezorgd dat een een groot stuk van Suikerrock, ook nu nog, gratis is. Dit jaar zijn dat onze acoustic en dance (dj) stage op de Veemarkt. Op die laatste staan trouwens ook niet bepaald de eerste de beste dj’s. Maar dat geven wij dus gratis, en ik vind ook dat je als stadsfestival die taak hebt, dat moet je doen. Je zorgt tenslotte toch voor wat overlast voor de bewoners.
Aan de andere kant hebben we de grote acts, de commerciële kant van het festival en betalend op de Grote Markt. Betalend, maar aan toch nog steeds erg democratische prijzen denk ik. Die prijzen kunnen we wat drukken door het feit dat de Tiense Grote Markt de tweede grootste is van het land. Daar kan dus telkens een pak volk op. Daarnaast hebben we uiteraard onze partners en we letten hier tenslotte scherp op onze kosten. We werken ook bijna altijd voor een volle markt. Dank zij die massa kunnen we het betaalbaar houden. Suikerrock wordt gedragen door de honderden vrijwillige medewerkers. De financiën, daar hebben wij een commercieel verhaal voor opgezet. Die mix zorgt ervoor dat we het festival leefbaar kunnen houden.”
BR: Twee jaar geleden had je een dipje, zoals zoveel festivals in die periode. maar jullie zijn daar wel bijzonder snel terug uitgeraakt?
Walter Kestens: “We hadden toen één echt mindere dag, toch in het betalend gedeelte. Ik denk dat we dat moeten toegeven. We hebben ons toen echter meteen afgevraagd: waarom is dat zo? Wat doen we verkeerd? Het publiek evolueert immers ook en we waren er toch vrij snel uit over wat nu de volgende stap moest zijn voor Suikerrock. We zijn meteen gaan focussen op ‘beleving’. We zijn ons toen nog wat meer gaan onderscheiden als stadsfestival, met de nadruk op beleving. Wij zijn geen dancefestival, zoals er een aantal heel mooie zijn. We zijn geen Tomorrowland en we willen dat ook niet zijn. Begrijp me niet verkeerd, ik ben een fan van Tomorrowland. Maar Suikerrock is een stadsfestival. We willen ook geen Rock Werchter zijn en geen Pukkelpop, allemaal top fijne festivals. Onze nadruk ligt echter ergens anders.
We vroegen ons dus verder af hoe we die beleving kunnen bieden. Kijk, hier in Tienen zijn we suiker (lacht). Je kan het draaien of keren hoe je wil, we zijn suiker. Dus ‘suiker’, ‘stad’, wat doen we daar mee? 30 Jaar geleden moesten we het licht uitdoen, dat was toen zo. Alles moest donker, het was not done om het licht aan te laten. Wij dachten bij de restyling: we gaan het omdraaien, we gaan het licht aandoen. We gaan die kerk laten zien, we gaan die belichten. Suiker hebben we vertaald in ‘sweetness’. Sweetness is zoet, lekker eten, maar is ook vriendelijkheid, eigen aan onze stijl. Sweetness is ook het leukste, aangenaamste publiek hebben. We hebben een food beleving ingevoerd vorig jaar en de kleuren zijn aangepast naar lichte kleuren. We hebben onderzoek laten doen naar die kleuren, welke dat sweetness gevoel zouden neerzetten. We hebben de hele markt opnieuw ingekleed en alles, ook die nieuwe walkways, met de nieuwe kleuren. Ook de rest van de stad kreeg vlaggen en guirlandes in die kleuren. We hebben echt intensief daarop gewerkt en ja, vorig jaar was terug een schot in de roos.”
Birthdays rock !
BR: Dit jaar ga je uiteraard op dat elan door, maar dan heb je ook nog een verjaardag te vieren?
Walter Kestens: “Als we dan toch bezig zijn… (lacht) dan doen we er nog een schepje bovenop. We sluiten het festival af met een verjaardagsparty. Zodra Borsato afgelopen is op de Grote Markt, wel dan begint ‘onze’ Dirk Stoops met de grote ’30 years anniversary party’ op de Veemarkt. We gaan dat met alle toeters en bellen doen. Zo schenken we bijvoorbeeld 1.000 pinten weg aan 1.000 Tienenaars. Er worden geschenken uitgedeeld en dat soort dingen. Ook de verbindingsstraat tussen de Grote Markt en de Veemarkt is interessant. Daar organiseren we tijdens het festival een tentoonstelling over 30 jaar Suikerrock.”
BR: Dertig jaar is niet niks natuurlijk. Wat is voor jou een bijzonder moment geweest bijvoorbeeld? Ik refereer nu niet meteen aan acts, want die werden ieder jaar groter. Maar iets wat je zelf echt is bijgebleven?
Walter Kestens: (enthousiast) Ja, op een bepaald moment evolueren we van gratis naar betalend festival, en toen had je een soort van overgangsjaar waar het publiek de mogelijkheid kreeg om een soort van ‘mini sponsor’ te worden. Je moest dat jaar niet betalen, je ‘mocht’ betalen. Wat stelden we toen vast? Dat 85 procent van dat publiek spontaan betaalde. Op die manier maakten ze ons duidelijk dat ze die overgang naar een betalend festival, met uiteraard grotere namen, wel zagen zitten.”
BR: Er staan tot slot veel Belgen op de affiche en ook wat stamgasten om het zo maar te noemen.
Walter Kestens: “Klopt. We hebben ook ingezet op de Belgen dit jaar, maar Belgen die er deze verjaardagseditie horen te staan vinden we. The Kids bijvoorbeeld: 30 jaar Suikerrock, dat verhaal klopt dat die hier nu spelen. The Sore Losers, een topband die opnieuw op vrijdag op ons podium thuishoort, en dat geldt voor allemaal. Deep Purple: die komen hier graag (lacht). Marco Borsato stelde zelf voor om dit jaar terug te komen. Als je weet hoe we de artiesten hier ontvangen, en hoe het publiek hen ontvangt, ja dan ben ik niet verbaasd dat ze hier graag spelen. Trouwens, we hebben dit jaar ook een aantal Tieneraren, niet te vergeten. Ben Crabé presenteert in zijn eigen stad. Voor onze verjaardag leek hem dat een goed idee. We hebben Jan Vervloet die op vrijdag op de Veemarkt host. Het mag duidelijk zijn dat Suikerrock in Tienen is.”
Bad Republic covert Suikerrock vanaf vrijdag 29 juli. Je leest en beluistert er vanaf dan alles over in onze festivalspecial.
Suikerrock met oa Deep Purple, The Sore Losers, The Corrs, dEus, Balthazar en many more. Meer info hier.
Tickets kan je nog aanschaffen via de Suikerrock ticketshop, Ticketmaster.be en Streetwear Graaf in de Leuvensestraat in Tienen. (as)
Foto Deep Purple: Marketentster