Afgelopen dinsdagochtend begon het mobiliteitsproefproject rond het Vrijwilligersplein in Hasselt. Chaos was te verwachten, en die kwam er ook, stelden we zelf vast. Enigszins toch, want alles in acht genomen gebeurden er geen aanrijdingen of ongevallen en bleef de ‘schade’ beperkt tot een hoop binnensmonds gevloek van verrast kijkende bestuurders. Tegen de avondspits daarentegen voelde het plein al een heel pak rustiger aan.
In feite moeten we dit verslag over de start van dit proefproject al op maandag beginnen. Arbeiders van een externe firma plaatsen op verschillende kruispunten nieuwe palen voor extra of nieuwe verkeersborden. De rode verbodsborden met witte streep – type C1 ‘Verboden richting voor iedere bestuurder’ – en de bijhorende gebodsborden die de verplichte nieuwe rijrichting aanduiden, staan plots in diverse straten en aan kruispunten. Bloembakken of andere hindernissen op de diverse kruispunten van de proefopstelling zijn er nog nauwelijks. De doorsteek tussen de Astrid- en moskeeparkings wordt nog volop uitgegraven.
Vooral die rode ’taartschotels’, zoals we ze wel eens durven te noemen, vallen blijkbaar niemand op. We zien toch nog heel wat auto’s die deze borden negeren – of niet zien? – en uit gewoonte de dagelijkse route volgen. Wat gaat dat morgenvroeg geven?
Dinsdag 1 oktober, acht uur ’s ochtends. In de loop van de voorbije avond of nacht is er niks veranderd: geen afsluitingen, geen nieuwe belijning, geen bloembakken op het Vrijwilligersplein. Er is ook nergens enige vorm van politietoezicht. De enige politieauto die we zien, geeft zelf nota bene het foute voorbeeld en negeert liefst vier verbodsborden. Als we vanop de stoep teken doen, haalt de agent aan het stuur met een verontschuldigende glimlach zijn schouders op. Maar hij rijdt gewoon door, tegen de richting in. Drie andere auto’s volgen hem. De fotograaf van HBVL doet zijn werk goed en legt vast hoe het politievoertuig voorbij het eerste van die vier borden rijdt, lezen we later.
Op de hoek van de Burgemeester Bollenstraat en de Manteliusstraat zien we gelijkaardige taferelen. Richting de boulevard rijden mag niet meer volgens de regels van de proefopstelling. Ook hier staan er enkel maar verkeersborden. Gevolg: de dagelijkse kruispuntchaos overheerst.
Aan de overkant ligt de Gazometerstraat. Daar doet zich een heel absurde situatie voor. Drie leerkrachten van de Go!-school hebben hun regenjas aangetrokken en proberen mensen tegen te houden om die straat in te rijden vanuit de Manteliusstraat. De rijrichting is er nu omgekeerd, en op dit kruispunt staat het reglementaire verbodsbord sinds maandag. Alleen, aan het andere einde van de straat, op de hoek van de Armand Hertzstraat, staat blijkbaar hetzelfde bord, vertellen de leerkrachten. Heel even is de eerste volledig verkeersvrije straat van Hasselt een feit. Lang duurt het niet voordat dit laatste verkeersbord wordt weggenomen. De drie juffen klagen bovendien dat ze pas na lang aandringen een plannetje hebben gekregen over de nieuwe situatie. Zij zijn in de eerste plaats bezorgd om de veiligheid van hun leerlingen en proberen gewoon de boel niet in het honderd te laten lopen.
Intussen nemen sommige buurtbewoners spontaan het initiatief om bestuurders erop te attenderen dat ze in de verkeerde richting rijden en proberen ze zoveel mogelijk mensen te doen omkeren. Dat lukt niet bij iedereen, zeker niet bij die bestuurders die op allerlei manieren tonen dat de nieuwe regeling niet voor hen geldt. Anderen volgen de raadgevingen gelukkig wel op en excuseren zich. “Ik had mij hier nu toch veiliger gevoeld als er politie had gestaan”, merkt één ouder op die haar kind met de fiets aan de school heeft afgezet.
Rond half negen rijden er plotseling enkele voertuigen met arbeiders van de stad de straat in. Er is ook een tractor met een kar vol bloembakken bij en een grote heftruck. Aan hoog tempo beginnen de werkmannen op diverse plekken die obstakels neer te zetten. Het stukje Rozenstraat wordt afgesloten. Er komen dranghekkens met meer verbodsborden dwars over de weg. Zonder onderborden, trouwens, waardoor in principe fietsers ook niet meer richting de boulevard mogen rijden.
Een kwartier later komt een ander politievoertuig aangereden met aan boord drie inspecteurs van de verkeerspolitie. Meteen mag één van hen een automobilist onderscheppen die zo’n dranghek blijkbaar niet had gezien, laat staan de nieuwe verkeersborden. “In onze planning was er wel voorzien om hier aanwezig te zijn”, vertelt één van de inspecteurs. “We hebben ook verschillende telefoons gekregen over de problemen hier, maar we waren bezig op andere plaatsen. En we hebben ook niet genoeg mensen op onze dienst om overal tegelijk te zijn”, voegt ze er nog aan toe. Gaan ze meteen boetes uitdelen, vragen we? “Neen, we proberen aan de mensen eerst de nieuwe situatie uit te leggen. Tenzij het natuurlijk een heel flagrante overtreding is, dan grijpen we wel in.”
In de loop van de dag vermindert het verkeer op en rond het plein. Buiten de drukke momenten vallen de wijzigingen precies harder op. Bestuurders kijken verrast, maar aandachtiger om zich heen. Al blijven er toch nog altijd sjarels – mannen én vrouwen – die zich niets lijken aan te trekken van de nieuwe situatie.
Het afgesloten stukje van de Rozenstraat omzeilen over het fietspad? Iemand slaagde er in om dat te doen, bij voorbeeld. Het acceleratievermogen van de SUV uit colère demonstreren in de Manteliusstraat omdat het korte stukje langs het Yup-hotel afgesloten is – na een discussie met een stadswacht nota bene? Ook gezien. Die nieuwe verkeersremmer blijkt in zo’n geval geen vertragend obstakel, trouwens.
“Volgens mij is de Waze van een aantal mensen deze morgen toch gecrasht”, lacht een buurtbewoner als hij rond een uur of zes terug naar huis fietst. “Maar we moeten ook niet meteen gaan panikeren en denken dat dit niet werkt. Geef ze gewoon wat tijd om hieraan te wennen.”
We denken ook regelmatig terug aan de woorden van Stijn Goossens, de projectingenieur van het bedrijf dat onlangs de LED-strips langs het fietspad aan de Maastrichtersteenweg installeerde. Hij wilde verduidelijken hoe bestuurders zich gedragen op een druk kruispunt waar van alles tegelijk gebeurt. “Dat is een situatie waarin de hersenen van elke mens eigenlijk veel te veel informatie op een te korte tijd moeten opnemen en verwerken. In het onderbewustzijn schrappen de hersenen dan een aantal van die dingen.”
Schepen van Mobiliteit Marc Schepers klinkt ook heel gerust als we rond een uur of zes ’s avonds met hem aan de telefoon hangen. “Dat er de eerste dag wat perikelen zijn en mensen zich moeten aanpassen aan die nieuwe situatie, dat had ik vorige week al kunnen voorspellen. Maar dat gaat vanzelf in de plooi vallen”, reageert hij. “Er zijn boeken geschreven over dat soort gedrag. Dat gaat in golven evolueren: je gaat zien dat het de komende dagen nog rustiger zal worden. Over een paar weken gaan mensen dan nog eens opnieuw proberen om langs deze weg de stad uit te rijden, en dan krijg je even een nieuwe piek. Maar nadien ebt dat weer weg. Dus we gaan pas over enkele weken beginnen met onze echte evaluatie. Met de eerste weken houden we niet echt rekening.”
“Op de grote in- en uitvalswegen, de Kuringersteenweg bijvoorbeeld, hebben we trouwens heel de dag geen problemen vastgesteld. Daar verliep het verkeer vlot”, geeft Schepers tenslotte nog mee.
Hij is ook blij met onze opmerking over de opvallende verkeersrust op het plein, aan het einde van de eerste dag. “Als iedereen probeert om de positieve aspecten van die verandering te zien, en niet focust op die typische situaties van een eerste ochtend, dan helpt dat alleen maar om tot een snellere oplossing te komen.”
Aan HBVL vertelt de actiegroep Achter het Lijmfabriek dat ze toch nog “een globaal mobiliteitsplan missen, met onderscheid tussen verkeer van buiten de grote ring en van buurtbewoners.” Voor de bewoners van de wijk blijft het belangrijk om tot op de Boulevard te geraken met de auto, meent het comité. Intussen volgen ze kritisch hoe de situatie gaat evolueren “en hoe de buurt reageert.”
Oplossingen voor hun vraag om de boulevard en het stadscentrum te bereiken, bestaan in vele vormen, stelden we vorige week nog vast. Een buurvrouw toonde toen namelijk trots haar stoere, nieuwe e-scooter. Die had ze gekocht om zich makkelijker naar en rondom de stad te kunnen verplaatsen, omdat haar directe autoroute naar de Groene Boulevard nu afgesloten is.
“Als ik voortaan naar de markt of de bibliotheek ga, of voor een kleine boodschap naar de stad moet, ben ik hiermee veel vlugger”, lacht ze. “En ik moet nergens plaats zoeken voor mijn auto, want dat is nog zo’n probleem. Voor sommige dingen heb ik mijn auto wel nog nodig, maar voor de rest ga ik deze heel veel gebruiken. Ik ga hiermee veel mobieler zijn en hoef me niet opgesloten te voelen in mijn huis of in mijn wijk omdat ik nergens geraak met mijn auto.”
Ook op woensdagnamiddag overheerst de verkeersrust. “Wat een verbetering, hè?”, merkt een andere buurvrouw op. “Maar misschien hadden we vanuit de buurt dan toch wel ergens gelijk, dat er hier veel sluipverkeer was.” Als de harde cijfers in december op tafel liggen, kent iedereen het antwoord op die vraag. (ds)
>Lees ook: Een andere routine naar uw eindbestemming in de stad